De oorzaakcategorie immuunsysteem heeft betrekking op de aanwezigheid van een storing van het immuunsysteem. Een intact immuunsysteem zorgt ervoor dat we een effectieve verdediging hebben tegen schadelijke micro-organismen en schadelijke stoffen. Het immuunsysteem is in staat schadelijke micro-organismen en schadelijke stoffen te herkennen en op te ruimen. Storingen van het immuunsysteem kunnen we onderscheiden in immunodeficiënties, auto-immuunziekten, allergieën, leukemieën en maligne lymfomen.
De mens is in het dagelijks leven continu omgeven door ontelbare micro-organismen en toxische stoffen. Van deze micro-organismen, bestaande uit schimmels, virussen, bacteriën en parasieten, zijn een aantal onschadelijk en zelfs noodzakelijk voor het goed functioneren van ons lichaam. Een intact immuunsysteem zorgt ervoor dat we een effectieve verdediging hebben tegen schadelijke micro-organismen en schadelijke stoffen. Het immuunsysteem is in staat schadelijke micro-organismen en schadelijke stoffen te herkennen en op te ruimen.
Voor het in stand houden van een goed werkend immuunsysteem is het lichaam afhankelijk van diverse micronutriënten. Enerzijds kan de vatbaarheid voor infectieziekten bij tekorten toenemen en anderzijds zal bij een bestaande ziekte de behoefte aan deze micronutriënten toenemen. Ook allerlei andere factoren, zoals stress, onverwerkte emoties, de toestand van de darmen en elektrosmog kunnen van invloed zijn op het immuunsysteem.
De aspecifieke afweer is de algemene afweer, waarbij de fagocyterende cellen zonder onderscheid alle ziektekiemen die ze kunnen bereiken aanvallen.
De specifieke afweer wordt gevormd door differentiaties van B- en T-lymfocyten. Het immuunsysteem bevat ongeveer 2 x 10¹² lymfocyten. De specifieke en aspecifieke afweer vullen elkaar steeds aan.
De mens heeft drie verdedigingslinies, die er op gericht zijn schadelijke micro-organismen af te weren of uit te schakelen.
De eerste verdedigingslinie is mechanisch en niet immunologisch van aard en wordt gevormd door de intacte huid, de vochtige slijmvliezen, normale trilhaarbewegingen (luchtwegen), darmcontracties en een normale microflora op de huid en de slijmvliezen. Traanvocht, neusslijm en andere klierprodukten bevatten speciale enzymen die bacteriën onschadelijk maken.
De tweede verdedigingslinie van het immuunsysteem is niet specifiek van aard en is vanaf de geboorte bij iedereen aanwezig. Dit is de aangeboren en niet specifieke afweer. Deze verdedigingslinie wordt gevormd door fagocyterende cellen, zoals de macrofagen en de granulocyten, natural killer cellen (NK), cytokinen en andere factoren.
De derde verdedigingslinie is verworven en is specifiek. De specifieke immuniteit wordt gevormd door de B- en T-lymfocyten die antigeen herkennende receptoren op hun oppervlak hebben. Deze specifieke afweer is sterk individueel bepaald, beschikt over een bepaald geheugen en ontwikkelt zich in de loop van het leven afhankelijk van het contact met bepaalde antigenen. Er kunnen antistoffen aangemaakt worden door B-lymfocyten (specifieke humorale afweer) en/of de T-lymfocyten kunnen in actie komen (specifieke cellulaire afweer).
Bij immunodeficiënties is er een te geringe werking van het immuunsysteem, waardoor pathogene micro-organismen infectieziekten kunnen veroorzaken.
Bij een allergie is er sprake van een te sterke activiteit tegen lichaamsvreemde antigenen, waardoor er overgevoeligheids- en ontstekingsreacties op kunnen treden en schade kan ontstaan. Voorbeelden hiervan zijn nikkelallergie, hooikoorts en overgevoeligheidreacties op medicatie en voedsel.
Bij een auto-immuunziekte is er een te sterke activiteit tegen lichaamseigen antigenen, zoals bij reuma en jeugddiabetes. Komt een auto-immuunziekte specifiek in één orgaan of orgaansysteem voor dan spreken van een orgaanspecifieke auto-immuunziekte, zoals reumatoïde artritis. Richt de ziekte zich op verschillende onderdelen van het systeem dan spreken we van een systemische auto-immuunziekte, zoals SLE (systemische lupus erythematodes).
Leukemieën en maligne lymfomen zijn kwaadaardige tumoren in verschillende stadia van de hematopoëse, waarbij er sprake is van maligne leukocyten en immuunsysteem storing.